Vanaf 2025 gaat de overheid strenger optreden tegen schijnzelfstandigheid, en in 2026 komt er een nieuwe wet DBA[1] . Voor culturele organisaties die zelfstandigen, freelancers of ZZP’ers inhuren, betekent dit dat er geen sprake mag zijn van een verborgen dienstverband. Zowel de opdrachtgever als de ZZP’er kan een boete krijgen als er sprake blijkt te zijn van schijnzelfstandigheid. In deze blog lees je waar je op moet letten.
[1] Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties
Controleer of de persoon die je een opdracht wilt verlenen inderdaad zelfstandig is. Dat klinkt als een open deur, maar in de praktijk gaat dat nog wel eens mis. De meeste mensen hebben wel gehoord van 'schijnzelfstandigheid'. Simpel gezegd betekent dat dat je iemand als zelfstandige inhuurt, maar dat de Belastingdienst de arbeidsrelatie als — verkapte — loondienst beschouwt. In dat geval kun je een naheffing van loonbelasting krijgen. Ook moet je dan achteraf alsnog sociale premies betalen. Die bedragen kunnen flink oplopen. Daarnaast kan je geconfronteerd worden met een procedure waarin de opdrachtnemer claimt bij jou in dienst te zijn. Essentieel is dus om vooraf te bepalen wat voor een arbeidsrelatie de vereniging met de freelancer heeft.
Om schijnzelfstandigheid te voorkomen, is het belangrijk om duidelijke afspraken te maken met zelfstandige professionals en te zorgen dat er geen sprake is van een gezagsverhouding. Dit betekent dat de zelfstandige zoveel mogelijk zijn eigen werkzaamheden, tijden en werkwijze bepaalt, en dat de vereniging zich terughoudend opstelt in het geven van instructies of toezicht.
Handige stappen:
De Belastingdienst hanteert negen criteria om te controleren of er sprake is van een zelfstandige relatie. Niet aan alle criteria voldoen betekent niet automatisch schijnzelfstandigheid; het gaat om de combinatie van omstandigheden.
De Wet DBA wordt op een later moment vervangen door nieuwe wetgeving. Wanneer precies is nog onduidelijk. In aanloop daarnaar is in januari van dit jaar wel al een pilot gestart, de Webmodule Beoordeling Arbeidsrelatie, WBA" om de wet verder aan te scherpen.
Tot op heden is de markt vrij om zelf het tarief te bepalen. In de Fair Practice Code, de gedragscode voor ondernemen en werken in kunst, cultuur en creatieve industrie, staat dat werkgevers en opdrachtgevers zoveel mogelijk de cao's en honorariumrichtlijnen moeten aanhouden. 'Betaling van (freelance) medewerkers geschiedt, indien er geen cao is, redelijk en eerlijk', aldus de code Eerlijke vergoeding : Fair Practice Code | Gedragscode voor de culturele en creatieve sector.
Begin juni heeft de SER voorgesteld om een minimumuurtarief van 30 tot 35 euro per uur in te voeren voor ZZP’ers. Bij een lager uurtarief geldt dat er een rechtsvermoeden bestaat van een arbeidsovereenkomst.